De Nederlandse volleybaldames zijn zaterdag als vierde geëindigd op de Olympische Spelen van Rio de Janeiro. Regerend wereldkampioen Amerika was in de kleine finale met 3-1 te sterk voor Oranje. De vierde plaats is de beste klassering ooit voor het Nederlands vrouwenteam op de Olympische Spelen (1992, 1996 en 2016).
Bondscoach Giovanni Guidetti had zijn basisopstelling op een positie veranderd ten opzichte van de verloren halve finale tegen China. Passer/loper Celeste Plak startte op de positie van Anne Buijs. Naast Plak begonnen Laura Dijkema (spelverdeler), Lonneke Sloetjes (diagonaal), Judith Pietersen (passer/loper), Robin de Kruijf en Yvon Beliën (middens) en Debby Pilon-Stam (libero).
1e set: Passend onder druk, nipt verlies
Oranje begon, net zoals zo vaak dit toernooi, sterk aan de wedstrijd. Na aces van Beliën en Sloetjes nam Nederland een 5-2 voorsprong. Toen Kimberly Hill, ploeggenoot van Sloetjes bij het Turkse Vakifbank, ook een ace noteerde, was de stand echter weer exact gelijk: 6-6.
Nederland werd in de eerste set, en ook later in de wedstrijd, constant onder druk gezet door de service van de Verenigde Staten. Guidetti gebruikte in elke set zijn passspecialisten Myrthe Schoot en Maret Balkestein-Grothues in het achterveld om de passlinie te versterken.
Aanvallend scoorde Oranje echter in de eerste set gemakkelijk, waardoor het tot 21-21 gelijk opliep met het USA van bondscoach Karch Kiraly. Door twee Nederlandse passfouten kwam Amerika op 21-23 en dat gat wist Oranje niet meer te herstellen. Het was Hill die via het blok 23-25 scoorde en zo de eerste set voor haar team binnensloeg.
2e set: Nederland brengt stand gelijk, Guidetti tactisch sterk
Guidetti begon in de tweede set met Anne Buijs op de positie van Plak. Oranje had het moeilijk in de beginfase van deze set en keek constant tegen een achterstand van enkele punten aan. Guidetti bracht aanvoerder Balkestein-Grothues in voor Pietersen en Femke Stoltenborg voor Dijkema.
Tot 14-18 lag het initiatief bij de Verenigde Staten maar Nederland knokte zich sterk terug, mede dankzij de geweldig spelende Buijs. Op 16-19 kwam Pietersen terug aan het net voor Balkestein-Grothues, en ook zij scoorde enkele belangrijke punten in de aanval. De Verenigde Staten kregen twee setpoints (23-24 en 24-25), maar deze werden vakkundig weggewerkt door Nederland. Dankzij een ace van uitblinker Buijs ging de set met 27-25 naar de volleybaldames, waardoor bondscoach Guidetti optimaal werd beloond voor zijn sterke wisselbeleid.
3e set: Gemiste kansen op 2-1 voorsprong
Spelverdeelster Stoltenborg mocht na de knappe comeback in de tweede set blijven staan in set drie. Op 10-10 bracht Guidetti Plak in voor Pietersen. Nederland speelde sterk en kwam via Plak, Buijs en Sloetjes goed tot scoren. Tot 19-16 had Oranje een goed uitzicht op een 2-1 voorsprong in sets.
Vanaf 19-16 schakelde Amerika, de nummer 1 van de wereldranglijst, een tandje bij. Nederland kreeg de bal niet meer op de grond bij de Amerikanen en zag haar mooie voorsprong snel verdampen. USA ging erop en erover en won de derde set met 22-25 na een ace van topscorer Hill (19 punten).
4e set: Verenigde Staten te sterk
In de vierde set was de weerstand van Oranje gebroken. Quinta Steenbergen, die vlak voor de start van de Olympische Spelen een knieblessure opliep, begon op de positie van Beliën en speelde zo haar eerste volledige set van dit toernooi. Op 4-7 voor de Verenigde Staten kwam Dijkema terug in het veld.
Team USA behield in de beslissende vierde set constant de controle en verdedigde steeds een voorsprong van drie a vier punten. Tot 18-21 mocht Oranje blijven op een comeback, maar op 19-24 was de bronzen medaille echt uit zicht. Het was topscorer Hill die met een ace het matchpoint benutte en zo het brons voor haar team binnensloeg.
Dinsdag weer thuis
De volleybaldames kunnen terugkijken op een fantastisch toernooi in Rio de Janeiro. Oranje verloor alleen van de topploegen Amerika (2x) en China, respectievelijk de nummers 1 en 3 van de wereld. Dinsdag komt Oranje terug in Nederland.
Nederland – Verenigde Staten 1-3 (23-25, 27-25, 22-25, 19-25)
Bron: FIVB (foto)